Potentieel mantelzorgers niet het probleem
Onderzoekers schetsen steeds weer het doemscenario van een groot tekort aan mantelzorgers in de toekomst. Maar een afnemend potentieel aan mantelzorgers is het probleem niet, schrijft Bernice Franssen (beleidsadviseur bij Reable Nederland en oprichter van Mantelzorg&Jij) in de Volkskrant.
Om het ‘mantelzorgpotentieel’ in kaart te brengen, kijken onderzoekers in de regel naar de ratio 50-64-jarigen (mensen die potentieel mantelzorg kunnen geven) ten aanzien van 85-plussers (mensen die zorg nodig hebben). In 2015 was de ratio één zorgbehoevende staat tot tien potentiële mantelzorgers, in 2025 zal die ratio één staat tot acht zijn. En in 2035 is deze ratio één staat tot vier. Door dat afnemende potentieel luiden de alarmklokken: er blijft geen mantelzorger meer over!
Volstrekte onzin
Dit is volstrekte onzin, aldus Franssen in de Volkskrant. “Niet enkel 50- tot 64-jarigen zijn potentiële mantelzorgers. Mensen van alle leeftijden zorgen voor naasten. Ook de 85-plussers moeten niet over één kam geschoren worden: ze zijn immers niet allemaal zorgbehoevend. En waarom gaat de discussie over het potentieel aan mantelzorgers? In de praktijk gaat dit potentieel namelijk helemaal niet op. Een zorgbehoevend persoon ontvangt immers van gemiddeld twee personen mantelzorg. Een ratio van één staat tot twee. Dat was in 2015 al zo, en dat zal naar alle waarschijnlijkheid in 2035 nog steeds zo zijn.”
Stop het gezwets
Mantelzorg kan iedereen van de ene op de andere dag overkomen, merkt Franssen op in de Volkskrant. “In veruit de meeste gevallen is het een rol die iemand uit liefde voor een zorgbehoevende naaste op zich neemt. We hebben de afgelopen decennia de zorg geprofessionaliseerd, maar met de toenemende zorgvraag is dat niet langer houdbaar. Er zal dus in toenemende mate mantelzorg nodig zijn. Stop alsjeblieft met het gezwets over een afnemend potentieel aan mantelzorgers en bied passende ondersteuning voor dit toenemende aantal mensen dat mantelzorgt, opdat zij dit allen vol kunnen houden.”