Niet iedereen heeft kinderen met huisje in tuin
Dichter en schrijver Ellen Deckwitz beschrijft in een NRC-column dat een 87-jarige vriend van haar vader tegenwoordig in een huisje in de achtertuin van zijn zoon woont, zodat er altijd hulp in de buurt is.
“Hij heeft mazzel”, zei mijn vader. “Ik ken genoeg bejaarden wier kinderen niet eens een achtertuin hebben, laat staan een met een huisje erin! En dan al die ouderen zónder kinderen, wat moeten die als ze straks niet meer zelfstandig kunnen wonen?”
Helpen met de boodschappen en Tinder
Ja, schrijft Deckwitz in NRC, familieleden en vrienden moeten steeds vaker in de bres springen. “Ik ken jongeren die zich ontfermd hebben over hun eenzame bejaarde buren, die boodschappen brengen, af en toe een avondje komen scrabbelen en, in een enkel bewonderenswaardig geval, hielpen met Tinder.”
Nationaal Gespreksmoment
Toch zijn het druppels op een gloeiende plaat. Gelukkig gaat niet iedereen bij de pakken neerzitten, aldus de NRC-columnist: Komende maandag organiseert ActiZ, de branchevereniging van 400 zorgorganisaties, het Nationaal Gespreksmoment, een dag waarop vijftigplussers en hun omgeving worden aangemoedigd om zich beter voor te bereiden op hun oude dag, en met elkaar het gesprek erover aan te gaan.
Alles begint met praten
ActiZ benadrukt dat dit Nationaal Gespreksmoment niet alleen een persoonlijke, maar vooral een maatschappelijke dialoog moet opleveren, waarbij de overheid de regie dient te pakken in een sector die de afgelopen jaren steeds meer onder druk is komen te staan. “Wel”, zei mijn vader toen ik hem hierover vertelde, “alles begint met praten. Dat maakt dingen beter zichtbaar.”
Senioren moeten zich maar behelpen
“En het zal er hopelijk voor zorgen dat Den Haag in de benen komt”, zei Deckwitz, “want ik ken genoeg mensen die vinden dat senioren zichzelf maar moeten helpen.” Toen mijn vader daarop angstig stilviel, zei ik snel dat hij altijd in een tentje op mijn balkon mocht.”