Boerderijwonen makkelijker maken
Samen wonen op een boerenerf: dat biedt uitkomst voor woningzoekenden én boeren. Maar regeltjes houden het tegen, schrijven Sabina Gietema (ontwikkelingseconoom) en Frank Wassenberg (woningmarktdeskundige bij Platform31) in Trouw.
“Boerderijwonen is een aparte vorm van wonen; je woont in het buitengebied met een handvol huishoudens bij elkaar, waarmee je het erf deelt en naar wie je omkijkt. Naar schatting zo’n 5 à 10 procent van de mensen wil graag in enige vorm van collectiviteit wonen. De behoefte om collectief te wonen is veel groter dan het huidige aanbod, zo blijkt uit diverse onderzoeken.”
Deuren openen
Boerderijwonen is niet dé oplossing voor alle woonbehoeftes, stikstof en boerenleed, zo schrijven Gietema en Wassenberg in Trouw, maar opent wel deuren waarachter perspectief lonkt: Het is aan overheden, marktpartijen en initiatiefnemers om boerderijwonen makkelijker en op meer plekken mogelijk te maken.
Ede als voorbeeld
De gemeente Ede wordt gezien als een mooi voorbeeld, waar een team van vier ambtenaren vooraf bedenkt hoe je boerderijwonen mogelijk maakt. “Dan gaat het over de landschappelijke inpassing (lijkt het straks op omliggende boerderijen?), over het clusteren van voorzieningen (tuin, parkeren, schuur), over voordeuren aan het gezamenlijke erf en over het mengen van oude en nieuwe bebouwing. Dat geeft duidelijkheid aan initiatiefnemers. En het versnelt de beoordeling van nieuwe aanvragen.”
Nieuw leven op het erf
Uit onderzoek blijkt dat de helft van de boeren van 55 jaar en ouder geen opvolger heeft. Die stoppen sowieso, merken Gkietema en Wassenberg op in Trouw. “De helft van hen verhuist ook metterdaad uit de oude boerderij, die dus vrijkomt. Daar kan een groep huishoudens in. De andere helft blijft er wonen. Voor hen kan toevoeging van woonruimte voor nieuwe huishoudens meerwaarde bieden: tegengaan van vereenzaming, omkijken naar de seniore boer en nieuw leven op het erf.”