Wat moet ik met zo’n telefonische dokter?

Tot tevredenheid van veel artsen en patiënten digitaliseert de huisartsenzorg steeds meer. NRC bericht over huisartsendienst Arene die al volledig digitaal werkt, met beeldbellende dokters verspreid over het land.

Jochen Cals, huisarts in Sittard en hoogleraar effectieve diagnostiek in de huisartsgeneeskunde aan de Universiteit Maastricht, publiceerde onlangs een onderzoek over digitale-huisarts-initiatieven met als conclusie: er is geen bewijs dat die de werkdruk, personeelstekorten of kosten verminderen. „Het geloof in de digitale huisartsenzorg is groter dan het bewijs. Het wordt overschat”, zegt Cals, die spreekt over „de digitale lobby die hard op de tam-tam slaat”.

Iemand die je kent

Deze digitale initiatieven beschouwt hij niet als volwaardige huisartsenzorg, zegt Cals in NRC,behalve voor kleine, specifieke doelgroepen als Oekraïners; hij ziet het meer als „service”, doordat je zelf afspraken kunt inplannen en herhaalrecepten kunt bestellen. „Maar dat komt boven op de vaste relatie die je met je huisarts hebt. De meeste mensen willen toch gewoon een huisarts in de buurt, iemand die ze kennen.”

Is er nog wel een huisartsentekort?

De digitalisering gaat dan ook niet de hele huisartsenzorg veranderen, meent Cals. „En dat hoeft ook niet als de administratieve lasten en regelgeving afnemen en huisartsen dus meer patiënten kunnen zien. Dan is het nog maar de vraag of er een huisartsentekort zal zijn.”

Verrassend positief

Toch zijn veel patiënten juist „verrassend positief” over de digitale dokter, merkt een huisarts in NRC. „Met name 60-plussers denken eerst: wat moet ik met zo’n telefonische dokter? Ze zijn huiverig voor het digitale, weten niet wat ze kunnen verwachten.” Als de huisarts dan in beeld komt, zijn ze „aangenaam verrast”, zegt ze. „Dan zeggen ze: ‘Je bent eigenlijk best aardig. En ik kan alles aan je vragen.’ En dat klopt natuurlijk. We kunnen alles, we doen alles, we kunnen je alleen niet aanraken.”