Zorgen doen we samen

De ouderenzorg moet in de toekomst minder zwaar leunen op professionele zorgmedewerkers. Die vormen maar één van de drie pijlers die de zorg moeten dragen. De andere twee? Technologie en familie en vrienden.

Dat is volgens dagblad BN De Stem de rode draad van de nieuwe visie ‘Zorgen doen we samen’ van Avoord, organisatie voor thuiszorg en verpleeghuiszorg in Etten-Leur, Zundert en Rijsbergen.

Beroep op familie

Voor een groot deel van de zorg blijven mensen nodig. Maar dat zullen in de toekomst minder vaak zorgprofessionals zijn en vaker vrijwilligers of naasten, verwacht Avoord-bestuurder Saskia van Opijnen. “Wil je dat moeder elke dag doucht, of dat vader elke dag kan wandelen? Dan zullen we daarvoor vaker een beroep doen op de familie.”

Totaal anders

De vraag is voor Van Opijnen niet: hoe kunnen we de zorg die we nu verlenen een beetje anders vormgeven. “We moeten totaal andere vormen van zorg ontwikkelen. Zo is het nu bijna ondenkbaar dat iemand die een indicatie krijgt voor langdurige zorg op een later moment weer terug naar huis gaat. Ook als iemand opknapt en zelfstandiger wordt blijft ie in een verpleeghuis, omdat onze systemen en denkpatronen er niet mee om kunnen gaan als iemand weer zelfstandig wil en kan wonen.”

Terug naar huis

Collega’s in Limburg die dat in een proef wél probeerden, zagen dat ongeveer een derde van de verpleeghuisbewoners na een tijdje eigenlijk best terug naar huis zouden kunnen, zegt de Avoord-bestuurder in BN De Stem. “Bied je mensen dan de beste zorg als dat niet kan? Wij willen vooral dat mensen zo lang mogelijk het gevoel houden dat ze waardevol zijn, een plezierig leven leiden. Ik denk dat onze huidige routines niet de beste of enige manier zijn om dat te bereiken.”