Zo verleg je steeds je grenzen

De groeiende groep ouderen in Nederland stuwt de vraag naar zorg steeds verder omhoog. Het Integraal Zorgakkoord, beschrijft hoe die zorgvraag beteugeld kan worden.

De nadruk ligt op ’meer zelf doen’. Specifiek voor ouderen betekent dat: langer thuis blijven wonen. Maar is dat wel haalbaar als er geen extra wijkverpleegkundigen zijn om deze groep ouderen te helpen, is de vraag in de Telegraaf.

Groot huis, grote tuin

“Mijn moeder is slecht ter been. Ze woont in een flink huis met een grote tuin. We hebben al een paar keer een aangepaste, kleinere woning voor haar gevonden, maar dat ziet ze niet zitten. Ze wil thuis blijven wonen”, vertelt een dochter die tevens wijkverpleegkundige is van Buurtzorg in West-Friesland. Ze snapt de wens van haar moeder. “Als we gaan kijken bij een flat ergens op twee hoog, zegt ze ’hier ga ik dood’. Ik begrijp wel dat ze dan terug wil naar haar grote, lichte woning.”

Bed in de keuken

Aan de andere kant heeft de bejaarde moeder diabetes en loopt ze slecht. “Haar bed hebben we inmiddels naar beneden verhuisd. Dat staat nu in de keuken. Eerst denk je ’dat kan toch niet zo’, maar na een tijdje zie je het hele bed niet meer staan. Zo verleg je steeds je grenzen”, vertelt de dochter in de Telegraaf. “Als ze straks verder achteruit gaat, kan dat mogelijk tot gevaarlijke situaties leiden.”

Niet uitgewerkt

Als wijkverpleegkundige is de dochter voorstander van het zo lang mogelijk zelfstandig thuis blijven wonen. Maar als het niet meer gaat, moet er wel iets geregeld zijn, vindt ze. En daar precies wringt de schoen, zegt de coördinator van LOC Zeggenschap in zorg: “Het aantal plaatsen in verpleeghuizen wordt de komende jaren afgebouwd. En er mogen geen extra wijkverpleegkundigen meer bij. Hoe dat dan opgelost wordt, is nog niet uitgewerkt.”

Wat betekent dat nou?

Jos de Blok, directeur van Buurtzorg, is in de Telegraaf kritisch over de voornemens die in het zorgakkoord staan. “Het zijn vooral holle frasen. Er wordt gesproken over passende zorg, maar wat betekent dat nou? Ik denk dat we de de komende vijf jaar veel discussies gaan zien over de precieze invulling.”