Troost belangrijk onderdeel van zorg

Een hand op je schouder, een begripvolle blik of simpelweg een kort praatje over hoe de dag was: in de kleinste momenten kan de grootste betekenis zitten voor iemand die het moeilijk heeft. Voor het project TroostWijs onderzocht een groep Haagse verpleegkundestudenten wat ouderen als troostend hebben ervaren, met het doel om zorgprofessionals hierin beter op te leiden. De Telegraaf schrijft hierover.

Studenten verpleegkunde van de hbo-opleiding van de Haagse Hogeschool werkten samen met mbo-studenten van het ROC Mondriaan aan een onderzoek waarbij ze ouderen vroegen wat zij als troostend in de zorg hebben ervaren. Het initiatief kwam van Imma Zandbergen die, nadat ze zelf in 2016 ernstig ziek werd, gefascineerd raakte door het thema troost.

Je krijgt er geen studiepunten voor

Imma Zandbergen benadrukt in de Telegraaf dat het onderzoek geen oproep is om het beter te doen. “Er wordt al heel veel troost geboden, maar zorgverleners worden er vaak niet op beoordeeld. Studenten zeiden tegen mij: ‘We krijgen geen studiepunten om bij gevoelens stil te staan’. Met dit project willen we mensen ervan bewust maken dat het wél een belangrijk onderdeel van dit vak is.”

Robot geen medemenselijkheid

Verpleegkundige Marleen Eikelenboom zegt in de Telegraaf dat dit besef extra belangrijk is nu er steeds meer op zorgtechnologie wordt ingezet. “Daarmee kun je het tekort aan zorgverleners deels ondervangen, maar troost gaat om medemenselijkheid. Om er te zijn. Dat kan een robot niet.” De taken van de verpleegkundige verschuiven steeds meer naar alleen de ‘medische trucjes’, waarbij troosten terechtkomt bij maatschappelijk werkers, schoonmakers, fysiotherapeuten en iedereen die maar méér tijd heeft. Zonde, want mensen kiezen juist voor dit beroep vanwege een stukje zingeving.”