Na de mantelzangers ook de mantelzeur?

Volkskrant-rubriek rubriek ‘Taalgebruik!’ is het woord van de week: mantelzangers.

Redacteur Evelien van Veen zag in het buurtcafé een folder liggen met een oproep voor mantelzangers. “Mantelzorgers, las ik in eerste instantie: tuurlijk, de zorg wordt uitgekleed, personeel is nauwelijks te krijgen, we moeten allemaal als vrijwilliger aan de slag.” Toen zij beter keek, zag ze dus dat het anders zat: mantelzángers werden er gezocht, voor een participatiekoor.

Hoezo warme mantel

De Volkskrant-redacteur ging na waar de term mantelzorg vandaan komt: Het woord mantelzorg is bedacht door de Nederlandse medicus Johannes Hattinga Verschure (1914-2006), meldt Van Dale, ‘omdat het gaat om zorg die als een warme mantel om je heen zit’. “Een nogal weeïge definitie, als je het mij vraagt, en ook gewoon vaag: hoezo ‘die als een warme mantel om je heen zit’? Wíl je dat eigenlijk wel, als zorgontvanger, krijg je het niet Spaans benauwd?”

Participatiesamenleving

Hattinga Verschure, leest de redacteur van de Volkskrant elders, gaf zelf als definitie: ‘zorg die als vanzelfsprekend aan elkaar gegeven wordt’. “Hoe dan ook, van die mantel zijn we voorlopig niet af in onze participatiesamenleving. Wat volgt? Mantelzwemmers? Mantelzitters? Een mantelzeur, die aan huis komt om samen eens lekker een potje te klagen? Ha, heerlijk, eindelijk eens niet zo’n hinderlijk opgeruimd type over de vloer – wie meldt zich aan als mantelzeur?”