Discriminatie in de spreekkamer

Door leeftijdsdiscriminatie lopen veel 65-plussers medische zorg mis, meldt dagblad Trouw. Hun klachten worden te snel afgedaan als ouderdomsklacht, waardoor passende behandeling uitblijft.

Overbehandelen van ouderen is al lange tijd een onderwerp van debat in de zorg. Maar onderbehandelen is een minstens even serieus probleem, zo blijkt volgens Trouw uit een verkennend onderzoek van Gupta Strategists naar leeftijdsdiscriminatie in de zorg.

Hoort er nu eenmaal bij

Daardoor krijgen mogelijk tussen de 450 en 650 duizend 65-plussers te weinig of verkeerde zorg, schat Gupta. Hun medische klacht of ongemak wordt te snel afgedaan als een symptoom van veroudering, iets ‘wat er nu eenmaal bij hoort’, in plaats van dat de arts denkt aan een behandelbare ziekte. Op termijn zorgt dat voor extra gezondheidsschade én verlies aan levenskwaliteit, waarschuwt het rapport.

Specifieke leeftijden

Gupta-onderzoeker Daan Livestro wijst in Trouw ter illustratie naar medische richtlijnen, de belangrijke leidraad voor artsen. Die melden vaak expliciet dat artsen rekening moeten houden met leeftijdsgrenzen. “Terwijl je toch mag hopen dat de arts vooral naar de patiënt zelf kijkt.” Maar in 62 van de 519 formele richtlijnen trof Livestro wel degelijk specifieke leeftijden aan voor diagnostiek of behandelkeuzes.

Misvatting

De onderzoeker wijt dit aan beeldvorming en stereotypering, aan hoe binnen en buiten de zorg over ouderen gedacht wordt. “Te gemakkelijk wordt ervan uitgegaan dat wie boven een bepaalde leeftijd is, kwetsbaar is”, zegt Livestro in Trouw. “Dat is een misvatting. Op iedere leeftijd zijn er altijd meer niet-kwetsbare mensen dan kwetsbare, zelfs in de leeftijdsklasse van 90 tot 95 jaar.”