Vergrijzingsangst omgezet in samenredzaamheid

Senioren zijn klaar met ‘gezelligheid’, ze worden mondige burgers die langer zelfstandig wonen. Ze stuiten volgens Twentsche Courant Tubantia echter op starre systemen die wensen en initiatieven blokkeren. Peter Weda forceert doorbraken.

Een jaar geleden begon Peter Weda uit Tubbergen aan een missie. De projectleider van Senioren Zelf aan Zet ‘schudt ouderen in Overijssel wakker’. Ze moeten zich voorbereiden op een toekomst met minder professionele zorg. Honderden gesprekken later is zijn strijdkreet geland: Wees mondig!

Senioren Zelf aan Zet is een project van ouderenbond Senioren Overijssel, ondersteund door het ministerie van VWS. Weda trekt door Overijssel om senioren via bijeenkomsten bewust te maken van hun kracht. Hij zet volgens Tubantia ‘vergrijzingsangst’ om in ‘samenredzaamheid’.

Nieuwe rol

“De seniorenbonden richten zich niet langer alleen op sociale activiteiten en gezelligheid. Ze zetten de stap naar belangenbehartiging”, zegt Weda. Dat was voor veel besturen een nieuwe rol.  Alles draait om contact met elkaar hebben en het delen van ervaringen. Ervaring is ook dat de politiek ‘gevoeliger wordt als je maar in groten getale aanwezig bent’.

Zakt mijn broek van af

Als pijnlijk voorbeeld van wat er nog beter moet, vertelt Weda in Tubantia: “Er staat een mevrouw op. 80 jaar, vitaal. Ze heeft een groot huis en wil naar zo’n knarrenhof.” Ze werd geweigerd vanwege haar leeftijd. “Daar zakt mijn broek van af,” zegt Weda. “Zo’n ontwikkelaar wil een gemêleerd gezelschap, omdat een 55-plusser dan voor de 80-plusser kan zorgen. Maar die 55-plusser kan volgende week zelf zorg nodig hebben.” Senioren willen wel, maar het systeem blokkeert, zegt Weda aan de hand van diverse voorbeelden. “Dan vertel ik wethouders dat ze niet zomaar met een ontwikkelaar in zee moeten gaan, maar voorwaarden moeten stellen.”

Ondersteuning

Het project Senioren Zelf aan Zet loopt medio volgend jaar af. Weda: “We hebben die lokale bondsafdelingen geëmancipeerd, maar die hebben bestuurlijke ondersteuning nodig.” Voor elke gemeente maakt hij een eindrapport dat tevens een agenda is voor het overleg tussen de ‘lokale senioren’ en de gemeente. Hij praat met bouwbedrijven en met adviesbureaus. Hij wil de opgebouwde structuur verankeren.

Dit is goud

Weda gelooft volgens Tubantia in deze positieve aanpak van onderop in plaats van ‘systeemdiscussies’ over zorgbudgetten. “Senioren zijn bereid veel meer zelf te doen en voor elkaar te zorgen. Voor de lokale overheid ligt hier een geweldige kans deze potentie te gebruiken: samen met senioren werken aan oplossingen. Dat is goud.”