Hoe kom je tot een zelfredzaam dorp

Een leven lang in het eigen dorp blijven wonen? Dat kan, schrijft de Leeuwader Courant, mits er zorg verleend kan worden en er een professionele dorpsondersteuner is die vraag en aanbod van zorg bij elkaar brengt.

Hoe willen Friese ouderen wonen? Dat was deze week de centrale vraag op een bijeenkomst in Sint Nicolaasga. De samenkomst, met zo’n 75 mensen, was georganiseerd door de Samenwerkende Friese Ouderenbonden en het Healthy Ageing Netwerk Noord Nederland.

Austerlitz Zorgt

Zorg wordt schaarser, waardoor de ouder wordende burger zich steeds meer zelf moet zien te redden. Velen willen dat ook, mits er voldoende zorg in de buurt is. Hoe gaat dat in een dorp, waar voorzieningen juist steeds meer onder druk komen te staan? In Austerlitz (1900 inwoners), vlak bij Zeist, hebben ze daar wat op gevonden. Hier werd in 2012 de Coöperatie Austerlitz Zorgt opgericht, die als doel heeft oudere inwoners zo lang en zo zelfstandig mogelijk thuis te laten wonen. “We zagen daarvoor dat ouderen die zorg nodig hadden het dorp verlieten vanwege een gebrek aan voorzieningen. Dat vonden we niet acceptabel”, vertelde oprichter Jan Smelik in Sint Nicolaasga, aldus de Leeuwader Courant.

Dorpsondersteuners

“Onze droom is dat mensen hun hele leven in het dorp kunnen wonen.” Dat is gelukt, vooral dankzij twee dorpsondersteuners, professionele krachten – uit het dorp – die worden betaald door de gemeente. Zij vormen de verbindende schakel van de gemeenschap: staan mantelzorgers bij, regelen indicatiestellingen voor Wmo en bezoeken 70-plussers. Huishoudelijke hulp en thuiszorg worden georganiseerd via de zorgcoördinator en wijkverpleegkundige. Het initiatief heeft brede navolging gekregen: anno 2025 zijn er volgens Smelik meer dan tweeduizend ‘zorgzame buurten’ in Nederland waarbij een link wordt gelegd tussen informele en professionele zorg.

Huiskamergesprekken

Bezoekers van de bijeenkomst konden zich na het verhaal over Austerlitz laten inspireren door vier Friese woonprojecten. Onder de deelnemers waren ook eden van de werkgroep Wenje yn Wergea mei soarch. Ook zij zien volgens de Leeuwarder Courant dat (oudere) dorpsbewoners vertrekken wegens een gebrek aan voorzieningen. De werkgroep is in september begonnen met een serie van 25 huiskamergesprekken waarin vragen worden besproken als: wat kunnen wij als dorpsbewoners voor elkaar betekenen? Ook hier is het uitgangspunt om zonder al te veel regeltjes te komen tot een ‘zelfredzaam dorp’, waar jongeren een betaalbaar huis kunnen vinden en ouderen kunnen blijven wonen tot aan hun dood, met de benodigde zorg.