Zelf mee poetsen met je hulp
Vanaf de bank toekijken hoe de hulp je huis schoonmaakt, is er volgens de Limburger in verschillende Parkstad-gemeenten niet meer bij. Ouderen poetsen daar nu zelf mee, als resultaat van een proef van Kerkrade en MeanderGroep. ‘Hier kan heel Nederland iets van leren.”
Er wordt gekeken naar wat cliënten zelf nog kunnen of wat ze nog kunnen aanleren om een steentje aan hun huishouden bij te dragen, aldus de directeur Wmo bij MeanderGroep in de Limburger. Dat ‘eigen steentje’ wordt ook verwacht. Op de bank toekijken hoe iemand de tent schoonmaakt is er dus niet meer bij. En op uitzonderingen na willen ze ook ‘Ik kan niets en ik heb er recht op’ niet langer horen.
Leren swifferen
Een belangrijk verschil met de oude manier is dat niet langer de Wmo-consulent van de gemeente bepaalt hoeveel hbh er nodig is, maar de zorgorganisaties zelf. Deze intakemedewerkers zijn dames en soms heren die zelf ook huishoudelijke hulp zijn. Zij gaan zes keer twee uur langs om samen met de cliënten schoon te maken en om hen indien nodig te leren stoffen, dweilen of swifferen. In deze twaalf uur beoordelen zij hoeveel hulp gepast is en schrijven ze een advies aan de gemeente. Formeel valt daar nog altijd de beslissing, maar het advies van Meander wordt doorgaans altijd overgenomen.
Maatwerk
Klussen waarvoor in het oude systeem gemiddeld honderd uren nodig waren, namen tijdens de proef nog maar 85 uur in beslag. Dat scheelt tijd, én geld dus. En: “Uit onze vragenlijsten en interviews blijkt dat cliënten die onder de nieuwe aanpak vallen, hoger scoren op tevredenheid.” Dat is volgens de MeanderGroep zo, omdat het meehelpen voldoening geeft. “Het geeft ze een gevoel van zelfredzaamheid, eigen regie en dat ze meedoen aan de maatschappij.” Door het maatwerk voelen cliënten zich bovendien gezien en gehoord, klinkt het. De huishoudelijke hulpen zelf zijn eveneens blij met de nieuwe manier van werken.