‘Verkeerde bed’ schreeuwt om oplossing

Nog steeds bezetten veel kwetsbare ouderen onterecht een ziekenhuisbed. Hoe is het mogelijk dat deze patiënten domweg nergens anders naartoe kunnen? Een onhoudbare situatie, waar snel een eind aan moet komen. Wie neemt de regie? Die vraag stellen Marieke Meinardi (internist ouderengeneeskunde, Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht) en Jop Groeneweg (hoogleraar veiligheid in de zorg, TU Delft) in Medisch Contact.

“Accepteren we dit jaar in, jaar uit? Voelen we de urgentie niet? Waarom niet? Is het niet oplosbaar? Zijn geriaters werkelijk deels ‘verpleeghuisartsen van het ziekenhuis’ geworden? Initiatieven die verlichting moeten brengen, zijn op de vingers van een paar handen te tellen, blijken vaak niet duurzaam, zijn te klein van opzet of te weinig onderbouwd om ze elders te kunnen kopiëren. Intussen zwijgt het rijk en zien we noch geld voor een oplossing, noch een begin van een landelijke aanpak.”

Grondige analyse

Meinardi en Groeneweg denken dat allereerst een grondige analyse nodig is van de omvang van het probleem per regio. “Het aantal wachters op langdurige zorg en de onnodige ziekenhuisbezetting (inclusief toekomstprognose) moet nu eindelijk bekend en zichtbaar worden, om het daarna als integraal capaciteitsvraagstuk aan te kunnen vliegen met de hulp van experts op dat vlak.”

Bekostigen naar zorgbehoefte

Verzekeraars kunnen dit faciliteren door de omslag te maken van de huidige bekostiging van productie van elke afzonderlijke ketenpartij, naar het bekostigen van de zorgbehoefte van de patiënt. Aan de meest efficiënt werkende ketens in het land kan eventueel een keten­brede bonus worden toegekend.

Helder doel stellen

En de rijksoverheid? Die moet, schrijven Meinardi en Groeneweg in Medisch Contact, op z’n minst het huidige tekortschieten benoemen en erkennen, een helder doel stellen en als aanjager fungeren. “Als dokters kunnen we dat niet en het is bovendien ons werk niet. Wij hebben de handen vol aan – en blijven de noodklok luiden voor – het kwetsbare lijdend voorwerp van deze problematiek: de patiënt.”