Pensioenfonds zoekt vernieuwende initiatieven
Pensioenfonds Zorg en Welzijn heeft volgens de Telegraaf €25 tot 50 miljoen klaarliggen om te investeren in health impact bonds. Daarmee kunnen projecten worden gefinancierd die de vraag naar zorg doen verminderen.
Edwin Velzel, ceo van pensioenbelegger PGGM, probeert andere partijen hiervoor te enthousiasmeren. “Pensioenfonds Zorg en Welzijn, waarvoor PGGM de beleggingen en de uitvoering doet, betaalt €600 miljoen per jaar aan kosten voor premiedoorbetaling bij arbeidsongeschiktheid. We willen daarom de druk op de zorg verlichten waardoor de ook de druk op de deelnemers minder wordt”, vertelt Velzel in de Telegraaf. “Dat doen we op meerdere terreinen, zoals met vastgoed en de inzet van technologie. Maar we kijken ook naar slimme projecten waardoor mensen minder snel een beroep op professionele zorg hoeven te doen. En daarvoor denken we dat het interessant is om te werken met health impact bonds.”
Betalen voor impact
En dat begint allemaal met een goed plan. “Een vernieuwend initiatief waardoor mensen langer gezond blijven of langer thuis kunnen blijven wonen, langer voor elkaar kunnen zorgen zodat het beroep dat op ziekenhuiszorg, verpleeghuiszorg en geestelijke gezondheidszorg minder wordt.” Als er een goed initiatief is, wil PGGM daarvoor een lening verstrekken tegen een rendement. Velzel: “Daarmee kan die initiatiefnemer aan de slag in zijn stad of dorp of wijk. Met de zorgverzekeraar, het zorgkantoor of de gemeente – degene bij wie die opbrengsten terecht komen – willen we dan afspreken dat die betaalt voor de impact die het project heeft.”
Geen maximale winst
De ceo voert op dit moment gesprekken met onder andere verzekeraars om ze aan boord te krijgen. “Wij hebben onszelf tot 2030 de tijd gegeven om dit serieus te onderzoeken. We hebben daarvoor een bedrag tussen de €25 en 50 miljoen gereserveerd om te kunnen investeren.” En leveren die investeringen straks wel flink wat rendement op voor de pensioengerechtigden? Daarover zegt Velzel in de Telegraaf: “We zijn geen subsidieverstrekker, maar we doen dit niet voor maximale winst.”