Niet somberen over de zorg
Ouderdom komt met gebreken, “maar desalniettemin worden veruit de meeste mensen gelukkig en vitaal oud”, zegt de Maastrichtse hoogleraar ouderenzorg Jan Hamers. “In de wetenschap heet dit active ageing, maar ik noem het happy ageing.”
Er komt meer autonomie en zelfregie voor de cliënt, meer werkplezier voor de medewerker en een groeiende rol voor technologie, zegt Hamers in De Limburger. Dat laatste gebeurt al, maar neemt de komende tien jaar zeker een vlucht, zegt hij. “In sommige verpleeghuizen kennen ze al een toilet dat je helpt je bips af te vegen. Je hebt daarvoor dus bijna geen zorgverlener meer nodig. Het zijn precaire momenten, zoiets doe je liever zelf.”
Bronnen
Uit zo’n beetje alle onderzoeken blijkt dat negen van de tien mensen zo lang mogelijk thuis willen wonen en dat gebeurt ook. “Thuis is dan niet altijd het huis waarin je vijftig jaar hebt gewoond, maar wel een plek waar je zelf kunt bepalen wat je doet en hoe je dag eruitziet.” Daarvoor hebben mensen ‘bronnen’ nodig, legt Hamers uit. “Hiermee bedoelen we de sociale netwerken van vrienden, familieleden en mantelzorgers, inkomen, mobiliteit, het vermogen tot zelfzorg. Die zijn leidend. Als er een wegvalt, ontstaat (meer) vraag naar zorg.”
Veerkracht
Of ouderen nu thuiswonen of in een verpleeghuis, mensen kunnen vaak veel zelf, maar de zorg is gewend alles over te nemen en overbelast zichzelf, terwijl dat helemaal niet nodig is, zegt Hamers. “Het is vaak goedbedoeld, maar medewerkers zitten in een vast patroon. Dat verandert.”
Beter dan verzorgingshuis
We hoeven er niet rouwig om te zijn dat de verzorgingshuizen wegbezuinigd zijn, vindt Hamers in De Limburger. “Er zijn nu zoveel mooiere alternatieven die meer recht doen aan wat mensen zelf willen. Je ziet overal in de provincie innovatieve woonzorgvormen, variërend van hofjes, huizen in de wijk en zorgboerderijen op het platteland tot levensloopbestendige appartementen met voorzieningen zoals een restaurant, de praktijk van de huisarts en de fysio.”