Huisarts bezoekt minder aan huis

Huisartsen hebben er steeds meer taken bij gekregen. Als je weinig tijd hebt, is het efficiënt om zoveel mogelijk patiënten op de praktijk op het spreekuur te zien en er minder zelf op uit te gaan. Huisartsen komen steeds minder vaak bij mensen thuis, aldus het Dagblad van het Noorden.

Huisarts Harry Bulk van Huisartsenpraktijk Ter Apel denkt dat de verklaring minder bij de huisarts ligt en meer bij de patiënt. “Huisbezoeken leg je af bij mensen die niet goed ter been zijn en dus niet zelf naar de praktijk kunnen komen. Doorgaans zijn dat oudere patiënten. Juist die categorie is de laatste jaren alsmaar mobieler geworden. Zij kunnen vaker zelf naar de praktijk komen.”

Huisbezoek nu meer medisch

Raju Peters, huisarts in Scheemda, doet gemiddeld nog een of twee bezoeken per dag. Vroeger waren dat er vier. Peters zegt in het Dagblad van het Noorden: “Dan gaat het om patiënten die terminaal zijn of anderszins erg ziek. Het voordeel is dat ik nu meer tijd kan nemen. Een half uur, of soms zelfs een uur. Je kunt wel stellen dat de visites van de huisarts in de loop der jaren steeds minder van sociale aard zijn geworden en steeds meer medisch.”

Bezoek van de ondersteuner

Sarah van Ettinger (praktijk Cura Vita in Assen) is niet minder visites gaan doen. “Wij hebben relatief veel kwetsbare ouderen in onze praktijk en bij hen ligt het meer voor de hand dat je ze thuis opzoekt, in plaats van dat je ze naar de praktijk laat komen. Dat is vaak niet haalbaar voor ze.” Van Ettinger wijst er in het Dagblad van het Noorden op dat assistentes en praktijkondersteuners (de POH’s) óók aan visites doen en dan juist de sociale bezoeken waar de huisarts niet meer aan toekomt.