Tussenvorm als knarrenhofjes missen we enorm
Belangrijkste factor zijn bij de woningnood de alleenstaanden, zegt Peter Boelhouwer (hoogleraar housing systems aan de TU Delft) in de Groene Amsterdammer. In 1960 telde Nederland er daar slechts 387.000 van. Tegenwoordig is dat ruim acht keer zo veel. De grootste groep zijn niet jongeren die er vrolijk op los daten. Het zijn vrouwen van boven de zeventig, van wie de partner vaak is overleden. ‘Vroeger ging je op je 65ste naar een bejaardenhuis’, verklaart hoogleraar Boelhouwer.
Elkaar ondersteunen
Zelf zet Boelhouwer zich in voor de zogenaamde ‘knarrenhofjes’, een woonvorm waarbij senioren in verschillende leeftijdscategorieën elkaar ondersteunen. ‘Die tussenvormen missen we enorm in Nederland. Als er niks verandert, daalt de gemiddelde omvang van huishoudens nog verder.’ Zelfs bij een minimale teruggang naar twee personen per huishouden, vergt dat al meer dan vierhonderdduizend woningen extra.
Noodplan voor tien jaar
In de Groene Amsterdammer oppert Kees van Kampen, directeur-bestuurder van woningcorporatie Oosterpoort in Groesbeek, om het tij te keren met een noodplan. Voor de duur van, pak ‘m beet, tien jaar. ‘In die periode gaan we niet langer de AOW korten zodra gepensioneerden samenwonen, zijn er geen negatieve gevolgen voor de zorg- en huurtoeslag en schaffen we de kostendelersnorm af in de bijstand. We maken het makkelijker woningen te splitsen, te delen en moedigen kamerverhuur door hospita’s aan. We moeten, naast het versnellen van de nieuwbouw, gewoon echt creatiever omgaan met de bestaande woningvoorraad.’