Roep om landelijke verhuisregeling

Met verhuisvergoedingen en voorrang bij toewijzing van appartementen proberen woningcorporaties ouderen te verleiden hun grote eengezinswoning te verlaten. Het wemelt van de projecten zonder duidelijk effect, stellen critici. Zij vinden het volgens het AD hoog tijd voor een permanente, landelijke aanpak.

In de regio Den Haag, Zoetermeer en Delft zetten woningcorporaties seniorenmakelaars in, in Den Bosch verhuiscoaches en in Helmond weer een promotiecampagne. Op sommige plekken krijgen ouderen een verhuiskostenvergoeding, variërend van 750 euro in Amersfoort tot maximaal 6.200 euro in Amsterdam. Terwijl Utrecht in september startte met zo’n vergoeding, besloot de provincie Gelderland er eind november juist mee te stoppen.

Oerwoud van projecten

Woningcorporaties en gemeenten willen ouderen verleiden die stap wel te zetten, en minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB) stimuleert dat ook. Zo is er een oerwoud van projecten ontstaan. De minister vindt dat prima: “Vanwege de veelheid aan lokale unieke situaties is het Rijk geen voorstander van een uniforme aanpak”, zegt haar woordvoerder tegen het AD.

Ook koopwoningen

De Woonbond, ouderenorganisaties en lokale raadsleden pleiten volgens het AD juist wél voor die landelijke aanpak. “Als maatregelen werken, dan moeten ze in het hele land ingevoerd worden. Niet als eenmalige regeling of pilot, het moet structureel beleid worden. Want dit is een blijvende opgave”, zegt algemeen directeur Zeno Winkels van de Woonbond. Hij tekent daarbij aan dat er ook actie nodig is voor ouderen in een koopwoning.

Effect niet gemeten

Wat het totale effect is van de diverse projecten van woningcorporaties is volgens het AD onbekend. Dat wordt niet gemeten, meldt koepelorganisatie Aedes. Of al dat geld nuttig wordt besteed? Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening weet het niet: ,,Vanwege de veelheid aan factoren bij de beslissing tot verhuizen, kunnen we niet bijhouden wat de impact van bijvoorbeeld een verhuiskostenvergoeding is.”