Wat als iemand niet meer veilig autorijdt
Het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) beoordeelt of iemand medisch gezien nog geschikt is om auto te rijden. Iedereen van 75 jaar en ouder moet bij verlenging van het rijbewijs een gezondheidsverklaring invullen en een medische keuring ondergaan. Vaak is dit voldoende om te beoordelen of iemand veilig kan blijven rijden, schrijft het Nederlands Dagblad, maar in twijfelgevallen kan het CBR een rijtest laten afnemen.
Na zo’n test zijn er vier uitkomsten mogelijk: Iemand is volledig geschikt, iemand is geschikt, maar er moet bijvoorbeeld een bril gedragen worden of het voertuig moet aangepast worden, er is een tweede rijtest nodig, of iemand wordt ongeschikt verklaard.’ In 2024 moesten 16.000 mensen een rijtest afleggen. Daarvan kregen zo’n 1100 mensen te horen dat ze niet meer mochten autorijden.
Melding bij CBR
Als je serieuze zorgen hebt over iemands rijgedrag, kun je dat melden bij het CBR via een ‘melding rijgeschiktheid’. Het is daarbij belangrijk dat je concrete voorbeelden geeft van onveilig gedrag in het verkeer. Het CBR beoordeelt vervolgens of een onderzoek of rijtest noodzakelijk is.
Gesprek aangaan
Een deskundige praktische rijgeschiktheid zegt in het Nederlands Dagblad altijd te adviseren om eerst het gesprek met de betrokkene aan te gaan. Eventueel samen met de huisarts, wijkverpleegkundige, casemanager dementie of maatschappelijk werker. ‘Een melding kan leiden tot een verplicht onderzoek, maar dat is duurder dan wanneer iemand vrijwillig een gezondheidsverklaring invult. Daarom is het beter als de oudere zelf het initiatief neemt’, zegt hij.
Kleine stapjes
Het is belangrijk het gesprek in kleine stapjes te voeren, aldus een casemanager dementie in het Nederlands Dagblad. ‘Mensen moeten wennen aan het idee, en het is logisch dat daar wat tijd overheen gaat. Ze verliezen al zoveel. Persoonlijke contacten vallen weg, en dan moeten ze ook hun auto in gaan leveren. Dat roept frustratie op, en soms zelfs boosheid.’ Verwacht dus niet direct instemming. ‘Ik heb niet vaak meegemaakt dat mensen meteen zeggen: je hebt gelijk, ik ga stoppen met rijden.’