Stadsdorpen in strijd tegen eenzaamheid

In Maastricht was volgens De Limburger bij een stadsdeelbezoek van de gemeente in buurtcdentrum Sint Pieter de boodschap helder: ‘Gemeente, kom uit die ivoren toren, laat ook de agendavoering tijdens stadsdeelbezoeken los’. Bewoners willen graag vier onderwerpen behandeld zien (wonen, zorg, verkeer en veiligheid), maar de gemeente zou vasthouden aan het format.

Hoe krijg je buurt bijeen

Nadat de wethouder beloofde dat er in 2026 per stadsdeel een aparte aanpak komt, gingen de veertig aanwezigen in groepjes aan de slag. Officieel onderwerp: gemeenschapshuizen. Maar het ging vervolgens vooral over iets veel wezenlijkers, aldus De Limburger: hoe krijg je buurten bijeen, zodat mensen naar elkaar omkijken?

Paar straten

Een antwoord luidde: via ‘stadsdorpen’, oftewel gemeenschappen van een paar straten. Natuurlijk, er zijn allerlei straat-appgroepen, met jong en oud door elkaar. Op zich een ideale mix. Buurtnetwerken probeerden vertegenwoordigers van diverse appgroepen in zo’n stadsdorp te verenigen, maar de animo bleek zeer gering.

Buurtgrootouders

Er werd volgens De Limburger driftig gebrainstormd. Met zoveel tweeverdieners in deze wijken zouden ‘buurtgrootouders’ kinderen van school kunnen halen. Maar dat vergt dat mensen elkaar beter kennen. Je vertrouwt je kind niet zomaar aan iemand toe. Met grote interesse luisterden bewoners aan een andere tafel dan weer naar het verhaal van de huiskamer in een oude pastorie. Liefst 27 vrijwilligers (meestal 65-plus) bestieren die. Het kan dus kennelijk wel.

Niet alleen ouderen

De nadruk moet niet alleen liggen op ouderen, zei iemand. Juist ook veel jongeren voelen zich eenzaam en hebben het psychisch lastig; niet voor niets doet de universiteit daar onderzoek naar. Een vol uur lang duurde de brainstorm aan vijf tafels. Conclusie: in Sint Pieter hebben de inwoners de regie alvast naar zich toegetrokken. Dat blijkt eigenlijk geen enkel probleem, maar juist een verbetering.