Het leven is leuk tót het sukkelen wordt
Hoe ouder, hoe zorgelijker, merkt Gerard Cox – net 85 en geportretteerd in Mezza, magazine van het AD. Maar hij is óók opmerkelijk goed gemutst, zegt de man die furore maakte als mopperaar Jaap Kooiman in ‘Toen was geluk heel gewoon’.
Zijn motto is: ‘Als het leven geen zin heeft, dan máákt ’t maar zin.’ Oftewel: ook als het tegenzit, toch proberen er iets leuks van te maken. Cox is ‘alweer lang alleen, en dat bevalt me uitstekend, maar: met z’n tweeën is het leuker. Tenminste, als je het samen leuk hebt, ik zie om me heen genoeg oudere echtparen die elkaar de hele dag dwars zitten – daar moet ik niet aan denken.’
Op een geven moment is de rek eruit
Tot zijn tachtigste had hij nog een relatie. Cox zegt daarover in AD’s Mezza: ‘Die heeft bijna dertig jaar geduurd, ja. Maar weet je wat het lullige is? Dat je allebei zo duidelijk ouder wordt. En je zíét het vooral bij die ander. Ik dacht echt wel bij mezelf: je bent zelf ook een ouwe lul, hè. Maar toch, op een gegeven moment is de rek eruit.’
Zo’n stok is toch geen gezicht?
Het leven is leuk tót het punt dat het sukkelen wordt, zei Cox eerder wel eens. In Mezza zegt hij: ‘Maar dat is nu precies wat ik aan het doen ben. Ik heb een evenwichtsprobleem waardoor ik moeilijk loop, twee slechte voeten. Ik red me nog met die stok, maar als ik aan een rollator moet, weet ik het niet, hoor. Die stok vond ik al zo’n psychische barrière.’ Vanwege ijdelheid? ‘Ja, precies, ijdelheid. Het is toch geen gezicht? Al zei een vriend van me – ik heb gelukkig veel vrienden die nog wél leven – dat die stok me juist goed staat. Hij vond het iets chics hebben.’
Ik weiger ongelukkig te zijn
‘Mocht ik niet meer kunnen lezen, of helemaal niet meer zelfstandig kunnen bewegen, dan is wel het mooie van deze tijd dat je het lot in eigen handen kunt nemen. Hoewel: ik las laatst in het blaadje van die Voltooid Leven-club verhalen van mensen die echt liggen te smeken om de pijp uit geholpen te worden. Daar moet je toch niet aan denken?’ Als hij geluk heeft, zijn er nog een jaar of tien te gaan, zegt Cox in Mezza. En daarin wil ik het alleen maar naar mijn zín hebben. Ik weiger ongelukkig te zijn.’