We doen ertoe als ouderen
Een lezer van Trouw moet naar aanleiding van een artikel over mantelzorg denken ‘aan de tijd na het overlijden van mijn man, acht jaar geleden. Ik was tachtig jaar en mij overviel het gevoel ‘En wat nu?’. Na verloop van tijd kon ik toch weer de moed opvatten om verder te gaan met mijn contacten en bezigheden die ik ook voor de ziekte van mijn man had.’
‘Mijn koor, mijn leeskring en gespreksgroep: ik maakte en herstelde weer contacten. Als ik bezoek kreeg, maakte ik een tegenafspraak.’ Als je een cursus gaat volgen, een leesclubje start of kijkt wat er georganiseerd wordt via de bibliotheek of andere organisaties, ontmoet je mensen, aldus de brief in Trouw.
We maken ons te klein
‘Maak je niet afhankelijk van mensen of instanties die iets of niets in je zien voor hun organisatie of nauwelijks de moeite nemen om te antwoorden. Soms heb ik de indruk dat het gevoel van eigenwaarde afneemt met het ouder worden. We maken ons te klein, gaan denken dat we er niet meer toe doen terwijl we nog veel kunnen en zinvol kunnen leven.’