Tijdig nadenken over alternatief voor de auto
Veroorzaken ouderen vaker ongelukken, of is dat een vooroordeel? Na het pleidooi voor strengere regels voor oudere bestuurders nodigde het AD lezers uit om hun vragen te stellen. De reacties stroomden binnen, vooral van ouderen zelf.
’99 procent van de ouderen kan gewoon nog goed rijden naar mijn bescheiden mening’, schrijft een 82-jarige Rotterdammer. Zijn oordeel staat volgens het AD niet op zichzelf: veel inzenders stuurden hun uitgesproken mening, vaak met een sneer naar jonge chauffeurs. Maar behalve meningen kwamen er ook veel vragen binnen.
-Veroorzaken 75-plussers vaker ongevallen? Dat weten we niet precies, want de leeftijd van veroorzakers wordt in de ongevallenstatistieken niet bijgehouden.
-Zijn oudere automobilisten slechte chauffeurs? Niet per se. Ouderen hebben vaak een rijervaring van vele jaren en daardoor meer verkeersinzicht. Belangrijk is dat bestuurders zich bewust zijn van hun eigen beperkingen en hun rijgedrag hierop aanpassen.
-Iedere bestuurder van 75 jaar en ouder moet zich elke vijf jaar laten keuren om het rijbewijs te kunnen verlengen. Een basiskeuring van vijftien minuten (plus uitslag) mag van maximaal 112,75 euro kosten. In de praktijk betalen ouderen meestal tussen de 45 en 75 euro.
-De meeste keuringen verlopen goed. Met veel meer oudere bestuurders op de weg is ook het aantal keuringen fors gestegen: naar ruim 95.000 per jaar.
-Het CBR erkent dat de kwaliteit van keuringen wisselt; hetzelfde geldt voor verenigingen van keuringsartsen. Hoewel alleen BIG-geregistreerde artsen de medische keuring mogen uitvoeren, is het toezicht beperkt. Per 2026 worden de regels strenger.
-Volgens verzekeraars, die uitgebreide risicoanalyses maken, rijden jongeren vaker schade. Zij betalen daarom de hoogste premies.
-Jaarlijks haalt slechts 2 procent van de 75-plussers de keuring niet. Vaak besluiten mensen uiteindelijk zelf te stoppen, al dan niet na een gesprek met hun familie.
-Volgens Amerikaans onderzoek rijdt de gemiddelde oudere zijn laatste zes tot tien levensjaren niet meer zelf. Toch bereiden veel ouderen zich nauwelijks voor op een toekomst zonder auto. Tijdig nadenken over alternatieven – zoals openbaar vervoer of hulp van familie en vrienden – voorkomt problemen.