Toenemende problemen mantelzorg

Hoogleraar ouderengeneeskunde Sytse Zuidema en hoogleraar gezondheidspsychologie Mariët Hagedoorn houden dinsdag een lezing voor de Medische Publieksacademie UMCG over Zorg voor de Mantelzorger. Dagblad van het Noorden sprak met beide hoogleraren.

Hulp en steun voor mantelzorgers is geen overbodige luxe. Mantelzorgers weten alleen vaak niet wat er op dat gebied beschikbaar is, zo stelde Hagedoorn vast na onderzoek. “De zogeheten respijtzorg kan enorm helpen, maar mensen weten vaak niet wat dat is of hoe ze die zorg kunnen aanvragen.” Via de Wmo kunnen mantelzorgers uren thuiszorg of andere zorg verkrijgen opdat ze zelf even vrij zijn. “Het is belangrijk om zelf soms even ontspanning te hebben om er weer te zijn op het moment dat je echt nodig bent.”

Informele zorg in verpleeghuis

Als de partner of ouder naar een verpleeghuis gaat stopt de mantelzorg niet. “Dat is vaak een lastige overgang” , weet Zuidema. “Thuis had de mantelzorger de complete regie over de zorg. In het verpleeghuis wordt dat in één klap overgenomen door de zorgverleners daar. In onderzoek geven mantelzorgers aan dat ze een goed gesprek daarover met de instelling vaak missen. De formele zorg wordt wel overgenomen, maar welke rol kunnen zíj nog krijgen? Welke informele zorg is er nog mogelijk?”

Partner kan niet alles aan

De problemen voor mantelzorgers nemen de komende jaren verder toe. Er komen gewoon meer ouderen en hulpbehoevenden. Zuidema: “Dat betekent dat er meer mantelzorgers nodig zijn. Nu zijn het vaak de oudere kinderen van echt ouderen, zeg maar mensen die rond hun 60ste zorgen voor hun ouders van rond de 90 jaar. Maar we zien nu al dat er minder mensen met kinderen zijn, en veel kinderen die er wel zijn, wonen ver weg.” Zo komt de mantelzorg vaker op de schouders van de partner terecht. “Maar een mantelzorger van 85 is zelf natuurlijk ook kwetsbaar. Je kunt op een bepaald moment niet alles meer aan.”