Kankerpatiënt blijft nu vaker leven
Wie tegenwoordig de diagnose kanker krijgt, heeft aanzienlijk meer kans dat te overleven dan twintig jaar geleden. Dat blijkt volgens Trouw uit nieuwe cijfers die het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) maandag publiceerde. Het komt onder meer door nieuwe behandelingen en vroege opsporing.
Onderzoekers van het IKNL keken onder andere naar het aandeel patiënten dat drie jaar na een diagnose nog in leven is, aldus Trouw. Voor vrijwel alle soorten kanker steeg deze zogenoemde driejaarsoverleving. Van de patiënten bij wie tussen 2000 en 2004 een solide tumor werd ontdekt, bijvoorbeeld in darm, long, of eierstok, was drie jaar na de diagnose nog ongeveer zestig procent in leven. Van de patiënten bij wie de afgelopen jaren een tumor werd ontdekt, leefde na drie jaar nog 71 procent.
Bemoedigend
‘Bemoedigend’, vindt het IKNL de cijfers. Otto Visser, hoofd van de Nederlandse Kankerregistratie, het onderdeel van het IKNL dat de cijfers verzamelde, concludeert in Trouw dat de overlevingskans met een half procent tot een procent per jaar steeg. “Als je dat omrekent in personen dan zijn dat tussen de 500 en 1000 extra mensen per jaar die de ziekte overleven.”
Pas klachten als ziekte is uitgezaaid
Hoewel dus bij veel soorten kanker grote vooruitgang is geboekt, zijn er ook varianten waarbij de overlevingskansen niet of nauwelijks zijn gestegen. Het gaat dan onder meer om maagkanker en alvleesklierkanker. “Dat zijn twee vormen van kanker die zich vaak pas laat openbaren”, zegt Visser. “De patiënt krijgt pas klachten als de ziekte al uitgezaaid is.” Bovendien zijn er nog relatief weinig therapieën voor deze vormen van kanker.