Geen tijd voor zorgzaamheid
Barbara Kreijtz (51) is fietskoerier voor apotheken. De bezorgdienst wil dat ze de medicijnen zo snel mogelijk aflevert.
Maar de schrijnende gevallen die ze achter de voordeur aantreft, vragen vaak om meer tijd en aandacht. ‘En dat past niet in het businessmodel’, zegt ze in Het Parool.
Berispingen
Ze heeft eerder twee berispingen gehad, omdat ze te lang bezig was geweest op een adres. Zoals die keer dat ze praatte met een meneer die bloedvlekken op zijn pyjama had, die gevallen bleek te zijn en dat wegwuifde met ‘komt goed, komt goed’. Of toen een vrouw in de deuropening plotseling begon te huilen en Kreijtz haar wilde troosten en geruststellen.
Vraag om aandacht
Het is niet de bedoeling dat ze stilstaat bij de kwetsbare gezichten, verdrietige ogen en broze lichamen die horen bij de geboortejaren die tijdens haar dienst passeren, vertelt de fietskoerier in Het Parool: 1922, 1927, 1931, 1935. Niet zelden is Kreijtz de eerste die ze die week zien en schuilt in hun blik een schoorvoetende vraag om aandacht. Dan vertelt een mevrouw dat ze is uitgegleden en pas een paar dagen later door een buurman werd gevonden.
Protocol en realiteit
Ze heeft wel eens aan collega’s gevraagd hoe zij ermee omgaan. “Je hebt het protocol en de realiteit, zeggen ze dan. Dan weet ik genoeg. Zij herkennen wat ik vertel en maken ook van alles mee, maar laten het makkelijker van zich afglijden.”
Geen balans
Inmiddels heeft Kreijtz haar diensten teruggebracht van twee dagen naar één per week, vertelt ze in Het Parool. “Ik vind het moeilijk om op deze manier te blijven werken. Er is geen balans meer tussen de behoefte aan zorg en een beetje aandacht en de stelregel dat overal maar geld aan moet worden verdiend. Ik zie veel schrijnende gevallen en kan weinig doen.”