Vijftig worden blijft een overgang
In Oosterhout is de 62ste editie gevierd van abrahamdag, die sinds 2017 prijkt op de Nederlandse lijst van immaterieel cultureel erfgoed. De traditie begon in 1963, aldus een impressie van deze dag in NRC, toen gemeenteraadslid en voorman van het lokale carnaval Leo Wellens besloot om zijn vijftigjarige verjaardag te vieren met Oosterhoutse leeftijdgenoten. Het feest werd een begrip, in dit deel van Brabant. Sinds een jaar of tien viert de stad ook een Sara-dag.
Dat Leo Wellens in 1963 zijn vijftigste verjaardag groots wilde vieren is volgens NRC zeer goed te begrijpen. In zijn geboortejaar 1913 bedroeg de levensverwachting van mannen in Nederland, meldt het CBS, 55 jaar en vier maanden. Wellens had statistisch dus 90 procent van zijn leven achter de rug. Maar de mannen uit 1974 mogen van het CBS, nu ze 2024 hebben gehaald, ervan uitgaan nog eens een dikke 32 jaar door te leven. En dat is op abrahamdag hen aan te zien. De mannen ogen volgens NRC niet zozeer oud als wel middelbaar. Sommigen zien er zelfs wat jeugdig uit.
Dat geldt niet voor mij
De statuur van ‘vijftig’ beperkt zich niet tot poppen en plaagstootjes. Vanaf je vijftigste heb je recht op een ‘seniorenvoordeelpas’ (‘de beste kortingen voor 50-plussers!’), je behoort tot de doelgroep van de Landelijke Vereniging Gemeenschappelijk Wonen van Ouderen (‘elkaar waar nodig de helpende hand bieden: dat kan in een woongemeenschap’) en in Den Haag behartigt een partij jouw seniorbelangen. De mannen in Oosterhout lopen er niet warm voor, leert een kleine rondvraag. Heel goed dat zo’n 50-pluswoning er is voor de mensen die het nodig hebben, klinkt het, maar dat geldt absoluut niet voor mij.
Dit ritueel blijft wel
Vijftig heeft zijn magie nooit verloren. Kroonjaren vieren we extra groot. Onder die tientallen spant vijftig weer de kroon, zegt antropoloog Irene Stengs, hoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en onderzoeker aan het Meertens Instituut. “De helft van 100. Dat spreekt tot de verbeelding.” Dit ritueel verdwijnt niet zo gauw, denkt Irene Stengs volgens NRC. “Vijftig worden blijft een overgang. Je bent niet oud, maar de jeugd ligt wel achter je.”