Ook als je oud bent, leef je echt

Het late leven, dat is de titel van het nieuwe boek van de nu 79-jarige rechter en schrijver Bernhard Schlink. De Duitse bestsellerauteur vertelt er over in de Volkskrant.

De roman gaat over de 76-jarige Martin, befaamd oud-jurist, die getrouwd is met de jongere schilder Ulla, met wie hij een zoon van 6 heeft. Als hij hoort dat hij ongeneeslijk ziek is en nog maar een paar maanden te leven heeft, stelt hij zichzelf de vraag: wat zal hij nalaten? Hoe wil hij herinnerd worden? En hoe doe je dat? Het late leven is volgens de Volkskrant een ontroerende roman over sterven, loslaten en doorgeven.

Nadenken over de dood

Het lijkt best zwaar te schrijven vanuit het perspectief van iemand die weet dat hij snel doodgaat. Hoe was dat om te doen? Schlink: ‘Ik heb nog niet vernomen dat ik binnenkort ga sterven. Maar ik ga dood. Ik ben nu 79. Dit jaar word ik 80. Dit is het punt in mijn leven dat ik begin na te denken over de dood. Hoe zal de dood tot mij komen? Wat zal het voor mij betekenen? Sommige van de vragen die de hoofdpersoon van deze roman zich stelt, zijn ook vragen die opkomen bij een man van mijn leeftijd.’

Alles beleefd

Schlink schrijft in zijn roman: ‘Wie alle levensfasen heeft doorlopen, heeft met de ouderdom alles beleefd wat het leven te bieden heeft.’ Als Schlink terugblikt: wat was voor hem dan de mooiste levensfase, is de vraag van de Volkskrant. Schlink: ‘Er is niet één periode in mijn leven die ik het mooiste vond. In zekere zin genoot ik van ze allemaal en worstelde ik met ze allemaal. Ik zou niet meer jong willen zijn. Het is oké dat ik jong was, en het is oké dat ik oud ben. En het is ook oké dat ik op een gegeven moment doodga. Elke periode in mijn leven had zijn vreugde, zijn opwinding, zijn problemen en zijn worstelingen.

Intens leven

‘Wat ik heb willen zeggen in Het late leven: het late leven is een echt leven. Het is niet zo dat het geleidelijk bergafwaarts gaat. Het is een intens leven met, wederom, zijn eigen uitdagingen, zijn eigen problemen en zijn eigen vreugde.’