Veel mensen stopten meteen eerder met werken
De invoering van de regeling voor vroegpensioen had in 2021 direct effect: de gemiddelde pensioenleeftijd daalde met bijna vier maanden naar 65,4 jaar, meldt de Volkskrant. Vooral medewerkers uit de sector openbaar bestuur en overheidsdiensten maken er gebruik van. Vakbonden willen graag dat deze Regeling voor vervroegde uittreding (RVU) na 2025 blijft bestaan, net als veel werknemers.
Over het algemeen volgt de gemiddelde pensioenleeftijd dezelfde trend als die van de AOW-gerechtigde leeftijd. De AOW-leeftijd is stapsgewijs verhoogd, en de gemiddelde pensioenleeftijd steeg tot 2020 mee. Na de invoering van de RVU in 2021 daalde de gemiddelde pensioenleeftijd echter ineens. Vooral in de sector vervoer en opslag, waar werknemers in het openbaar vervoer onder vallen, ging de pensioenleeftijd omlaag.
Anderhalf jaar
Veel mensen die lichamelijke klachten krijgen door hun werk, maken gebruik van de RVU. In de sector waar onder meer de politie onder valt, was afgelopen jaar de gemiddelde pensioenleeftijd het laagst, blijkt volgens de Volkskrant uit cijfers van het CBS. De medewerkers binnen deze sector gingen gemiddeld ruim 1,5 jaar voor het bereiken van de AOW-leeftijd met pensioen. Ook in de zorg en de bouw stoppen mensen gemiddeld op redelijk jonge leeftijd met werken.