Hoe verder met het Generatiepact

Met een financieel aantrekkelijke afbouwregeling moeten zestigers gezond naar hun pensioen worden geholpen. Mensen met fysiek zwaar werk, die het meest baat hebben bij zo’n regeling, blijken er volgens NRC echter weinig gebruik van te maken.

Het zijn vooral mensen met midden- en hoge inkomens die gebruikmaken van het Generatiepact. Werknemers in lagere inkomensgroepen, die vaak zwaarder fysiek werk uitvoeren en meer belang hebben bij de afbouwregeling om gezond hun pensioen te bereiken, zijn ondervertegenwoordigd. Dat blijkt uit het onderzoek waarop econoom Albert Rutten deze maand promoveerde aan de Universiteit van Tilburg.

Afschaffing geen oplossing

Hoewel het Generatiepact door de bevoordeling van hogere inkomensgroepen oneerlijk voelt tegenover werknemers met een lager salaris, vindt Rutten afschaffing ervan niet meteen de oplossing is, zegt hij in NRC. “Nederland vergrijst, en dus is er door opeenvolgende kabinetten ingezet op langer doorwerken om het sociale zekerheidsstelsel overeind te kunnen houden. Daar is alleen wel draagvlak voor nodig. Met zo’n afbouwregeling toon je goede wil, het maakt een verhoging van de AOW-leeftijd draaglijker. Ook als je niet de onderste groep bereikt, kan dat voor een politicus een belangrijke reden zijn om de regeling in stand te houden.”