Levenstestament steeds meer in trek

Het aantal mensen dat een levenstestament laat opstellen, stijgt volgens de Telegraaf opnieuw. Zij leggen bij een notaris vast wat hun financiële en persoonlijke wensen zijn, mochten zij daar zelf niet meer over kunnen beslissen door bijvoorbeeld alzheimer. Dit jaar werden er al ruim 214.000 van dit soort documenten opgemaakt, 8 procent meer dan in de eerste elf maanden van 2023.

Dat blijkt uit cijfers van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB). Volgens de KNB is er een grote vraag naar levenstestamenten, omdat mensen de regie in de hand willen houden en zien dat er bij familieleden of in de omgeving dingen misgaan. Vorig jaar was de stijging nog groter: 15 procent ten opzichte van 2022, aldus de Telegraaf.

Problemen in de praktijk

Ondanks de populariteit is het instrument niet waterdicht. “In rechtszaken wordt steeds duidelijker welke problemen in de praktijk kunnen ontstaan”, stelt onderzoeker Rieneke Stelma-Roorda van de Vrije Universiteit in de Telegraaf.

Misbruik op de loer

Het in populariteit groeiende levenstestament is volgens experts een mooi instrument. Maar wie bij de notaris laat vastleggen wat zijn financiële en medische wensen zijn, als hij daarover zelf niet meer kan beslissen bijvoorbeeld door dementie, heeft geen garantie dat alles goed gaat: misbruik ligt op de loer.

Begin van een proces

Onderzoeker Stelma-Roorda zegt in de Telegraaf dat het levenstestament het begin moet zijn van een proces waarin iemand regelt hoe hij het wil hebben. “Je moet het niet zien als iets dat is afgerond, een document dat in een la kan. De vertegenwoordiger moet op de hoogte zijn van de wensen van de opsteller, het is goed en waardevol om daar regelmatig gesprekken over te voeren. Als er nog niks aan de hand is kan dat één keer per jaar, maar als de diagnose alzheimer of dementie is gesteld, is het beter om dat vaker te doen.”