Klaar met het leven, geen uitzichtloos lijden

“In de vergrijsde wijk waarin ik werk, bereiken mij geregeld signalen van ouderen die hopen ‘morgen niet meer wakker te worden’”, schrijft Wouter de Ruijter (huisarts en UWV-verzekeringsarts) in Trouw  in een kritisch commentaar op de ‘levenseindewet van D66’.

“Zij menen klaar te zijn met het leven, zonder dat in mijn ogen sprake is van uitzichtloos lichamelijk of psychisch lijden. Alleen bij een concrete stapeling van chronische ouderdomsziekten zie ik onder de huidige euthanasiewet voldoende ruimte om eventueel mee te werken.”

Meten met twee maten

Als die stapeling er niet is, dan rest de arts het bieden van steun, en het samen zoeken naar zinvolle invulling van de resterende tijd van leven, schrijft hij in Trouw. “Hoe bizar zou het zijn dat ik als huisarts in zo’n geval euthanasie afwijs, maar dat het wetsvoorstel voltooid leven voorziet in de mogelijkheid dat een ‘levenseindebegeleider’ mij rechtsom inhaalt en vervolgens de hulp bij zelfdoding in gang zet. Heet dat niet meten met twee maten?”

Contraproductief

De euthanasiewet liet zichzelf in de afgelopen ruim twintig jaar kennen als duidelijk, robuust en goed werkbaar. Als er verplichte medewerking komt aan de uitvoering van de initiatiefwet voltooid leven, zou dat weleens contraproductief kunnen zijn, schrijft De Ruijter in Trouw: huisartsen gaan dan medewerking aan euthanasie weigeren en hun patiënten naar het Expertisecentrum Euthanasie verwijzen. “Zo schiet D66 met dit voorstel in de eigen voet. Laat de politiek haar verantwoordelijkheid nemen en deze wet tegenhouden, als D66 dat zelf niet doet.”